• Snel herstel met onze oefeningen
  • Trainingsprogramma’s op maat
  • Betrouwbare informatie van de sportzorgprofessional

Malletvinger (ook wel baseball finger of hamervinger genoemd)

Malletvinger in het kort

  • Een malletvinger is een beschadiging van de strekpees ter hoogte van het laatste kootje van de vinger.
  • Vaak wordt dit veroorzaakt door een bal tegen een gestrekte vinger.
  • Klachten bestaan uit pijn, zwelling en het onvermogen om het laatste kootje te kunnen strekken.
  • De meeste gevallen kunnen worden behandeld met een strekspalk gedurende 8 – 12 weken.

Wat is een malletvinger?

Een malletvinger is een beschadiging van de strekpees (of het bot waarop het aanhecht) ter hoogte van het laatste kootje (Distale InterPhalangeale gewricht of DIP) van de vinger. Vaak is de oorzaak een bal die met vaart op een gestrekte vinger terecht komt en hierbij geforceerd wordt in een gebogen stand. Hierbij ontstaat pijn en zwelling ter plaatse van het laatste kootje en het onvermogen om deze te strekken. Vaak kan deze blessure behandeld worden met een strekspalk gedurende 8 tot 12 weken. Indien niet behandeld, kan het kootje altijd in een gebogen stand blijven staan en de functie van de vinger beperken.

Hoe vaak komt een malletvinger voor?

Een database van Nederlandse huisartsen laat zien dat een malletvinger onder de totale bevolking voorkomt bij ongeveer 9.5 op de 1000 mensen. Sportspecifieke cijfers zijn niet bekend.

Bij welke sporten komt een malletvinger voor?

Bij balsporten waar de bal met de handen gespeeld wordt, is deze blessure frequent te zien. Voorbeelden hiervan zijn volleybal, basketbal, honkbal (catchers) en American Football (receivers).

Verschijnselen van een malletvinger

Pijn en (milde) zwelling aan het uiteinde van de vinger, met daarbij het onvermogen om het laatste kootje (DIP gewricht) te kunnen strekken. Dit kan bij iedere vinger voorkomen, bij de duim is het redelijk zeldzaam. Indien onbehandeld zullen de pijn en zwelling wel weggaan, maar zal het gebogen kootje blijven bestaan.

Hoe kan de blessure vastgesteld worden?

Het is een diagnose die de arts kan stellen met het verhaal over de klachten en met het doen van lichamelijk onderzoek. Aanvullend onderzoek met een röntgenfoto zal worden gemaakt om te zien of er bijkomende letsels zijn, zoals een (avulsie)breuk van het bot of een (sub)luxatie van het gewricht. Dit is van belang omdat het de behandeling kan veranderen.

Hoe ontstaat een malletvinger?

Door een grote en/of plotselinge kracht op de strekpees van de vinger kan de pees of het bot waar de pees aanhecht losscheuren. Bij oudere mensen kan dit letsel bij een minder sterke kracht al optreden. Berucht is hierbij het opmaken van het bed, waarbij het mis gaat bij het instoppen van de lakens.

Risicofactoren, wat draagt bij dat je de blessure oploopt?

Het spelen van een balsport waarbij de bal met de handen gespeeld wordt geeft een groter risico. Hogere leeftijd geeft door zwakkere pezen en osteoporose (botontkalking) meer kans op het sneller optreden van deze blessure.

Wel of niet doorgaan met sporten?

Het dragen van de spalk is essentieel en mag de eerste 6 tot 8 weken niet onderbroken worden. Bij vooral de contactsporten en sporten met balcontact met de handen wordt aangeraden om de training aan te passen of tijdelijk te onderbreken, omdat er hier impact kan plaatsvinden waarbij bescherming van de spalk niet voldoende is.

Als alternatief kan gekozen worden voor een gecontroleerde training in sportschool of op het veld, waarbij de hand minimaal wordt belast. Voorbeelden hiervan zijn looptraining en wielrennen.

Wat kan ik zelf doen bij een malletvinger?

Bij een verdenking op deze blessure dient altijd een arts geraadpleegd te worden. Tot die tijd moet de vinger rust hebben en vooral niet geforceerd worden. Het hoog houden van de hand voorkomt extra zwelling. Eventueel kan ter pijnverlichting gekoeld worden met een cold-pack.

Trainingsaanpassingen

Het dragen van de spalk is essentieel en mag de eerste 6 tot 8 weken niet onderbroken worden. Bij vooral de contactsporten en sporten met balcontact met de handen wordt aangeraden om de training aan te passen of tijdelijk te onderbreken, omdat er hier impact kan plaatsvinden waarbij bescherming van de spalk niet voldoende is.

Als alternatief kan gekozen worden voor gecontroleerde training in sportschool of op het veld. Veel opties zijn hierin mogelijk, als de belasting van de hand maar minimaal is. Voorbeelden hiervan zijn looptraining en wielrennen.

Oefeningen

De eerste 6-8 weken is geen ruimte voor oefeningen, omdat de spalk niet afgenomen mag worden. Afhankelijk van de genezing zullen hierna rustige buig-, strek- en coördinatie-oefeningen meegegeven worden om te oefenen als de spalk enkele malen per dag af mag.

Behandelbeleid bij een malletvinger

Meestal kan deze blessure behandeld worden met een spalk waarin het eindkootje in strekstand wordt gehouden. Dit dient zo snel mogelijk gestart te worden, maar ook bij een vertraging tot 3 maanden kan een spalkbehandeling nog werken. De eerste 6-8 weken mag de spalk niet afgenomen worden, minimale beweging kan de gehele behandeling al teniet doen. Sporten moet in deze periode aangepast worden, zodat de hand minimaal belast wordt. Indien deze behandeling succesvol is geweest, kan de spalk afgebouwd worden en de hand getraind worden. Na het afbouwen van de spalk mogen belastende sportactiviteiten weer opgebouwd worden, maar is het advies om tijdens het sporten de spalk gedurende enkele weken nog wel te dragen ter bescherming. Indien het genezingsproces vertraagd is, kan gekozen worden om de spalkbehandeling te verlengen en het sporten uit te stellen.

Bij grotere breuken en/of (sub)luxatie van het gewricht kan er een indicatie zijn voor een operatieve behandeling. Ook als de spalkbehandeling faalt, kan hiervoor gekozen worden..

Indien niet adequaat behandeld, kan het kootje altijd in een gebogen stand blijven staan en de functie van de vinger sterk beperkt worden.

Criteria hervatting

De (spalk)behandeling moet succesvol geweest zijn. Met het oefenen van de hand moet de hand weer goed belastbaar zijn. Na het afbouwen van de spalk mogen belastende sportactiviteiten weer opgebouwd worden, maar is het advies om tijdens het sporten de spalk gedurende enkele weken nog wel te dragen ter bescherming.

Voorkomen (preventie) van een malletvinger

Met een goede speltechniek en vooral goede vaardigheden in het vangen van de bal kunnen mogelijk helpen bij het voorkomen van dit probleem. Bij oudere mensen kan een gezonde leefstijl bijdragen aan betere kwaliteit van botten en weefsels.

Willemijn Diemer, basisarts & Sandra Chung, sportarts
Zoek een sportzorgprofessional