Bloeddonor en duursport

Als iemand bloeddonor is, wordt als regel een halve liter bloed per keer afgenomen. Een volwassen persoon van gemiddeld postuur heeft ongeveer 5 liter bloed. Ook bij sporters bij wie de ijzervoorraad op peil is, duurt het altijd één of meerdere weken voordat het gedoneerde bloed weer is aangemaakt, de rijpingsduur van een nieuwe rode bloedcel is ongeveer 6 weken. Voordat het zover is, heeft de bloeddonor te maken met een verminderd herstel- en prestatievermogen.
De training moet hierop dus tijdelijk worden aangepast, waarbij de sporter extra oplet hoe hij/zij zich voelt tijdens en (daags) na de training. Het is dus niet verstandig bloed te doneren vlak voor een belangrijke wedstrijd of in een zware trainingsperiode. Hoe lang de herstelperiode is na een bloeddonatie, verschilt per persoon en hangt bijvoorbeeld af van de ijzervoorraad die iemand heeft. Aangezien intensief trainende duursporters toch al vaker een ijzertekort ontwikkelen, kan het voor velen van hen echt een probleem zijn naast hun intensieve training twee keer per jaar een halve liter bloed geven. Het is daarom begrijpelijk dat veel prestatiegericht ingestelde duursporters van bloeddonatie afzien.