Wielrenners, botbreuken en botgezondheid
Uit onderzoek is gebleken dat 65 procent van de mannelijke en 45 procent van de vrouwelijke profwielrenners een verminderde botdichtheid blijkt te hebben. De verminderde botdichtheid bleek zelfs al aanwezig bij ongeveer een derde van de getalenteerde wielrenners jonger dan 21 jaar. Dit suggereert dat de verminderde botdichtheid van wielrenners al op jonge leeftijd ontstaat. Maar wat is precies verminderde botdichtheid, wat zijn de oorzaken en gevolgen hiervan en nog belangrijker; wat kun je doen om verminderde botdichtheid tegen te gaan?

Wie het profwielrennen volgt, weet dat wielrenners geregeld een bot breken. Valpartijen zijn een belangrijke oorzaak van deze botbreuken.
Een verminderde botgezondheid kan echter ook een rol spelen. De afgelopen jaren heeft de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, in samenwerking met de KNWU en verschillende wielerploegen onderzoek gedaan naar de botgezondheid van profwielrenners, en in kaart gebracht welke risicofactoren de kans op een verminderde botgezondheid vergroten. Lees het volledige artikel over het onderzoek van botdichtheid bij wielrenners.