• Snel herstel met onze oefeningen
  • Trainingsprogramma’s op maat
  • Betrouwbare informatie van de sportzorgprofessional

Herfst: 7 tips voor het kopen van goede schoenen

De herfst is op 21 september officieel aangebroken. De slippers, sandalen en leuke zomerschoenen gaan weer in de kast. Op naar de (regen)laarzen en stevige, waterdichte schoenen. En vergeet niet dat ook de meeste teamsporten weer zijn gestart. De herfst is dus het moment dat sporters hun sportkleding én sportschoenen gaan aanschaffen. Waar kun je het beste opletten in de aankoop van nieuwe sportschoenen en nieuwe dagelijkse schoenen?

Saskia de Waal van Feet in Motion geeft je 7 tips.

Tekst gaat onder de afbeelding verder
Herfst: 7 tips voor het kopen van goede schoenen

Als je van plan bent om nieuwe (sport)schoenen te kopen, houd deze 7 tips in je achterhoofd:

1. Stabiele loopzool schoen

In het huidige sneakertijdperk zie je veel schoenen met ‘demping’. Dat loopt hartstikke lekker, maar het maakt ook dat je eigenlijk op een soort ‘moeras’ loopt. Demping zorgt vrijwel altijd voor instabiliteit. Daarnaast is demping zachter, maar daardoor ook minder slijtvast materiaal. Demping kan daardoor gaan ‘inzakken’. Als een schoen bijvoorbeeld aan de binnenkant van je voet meer gaat inzakken, dan gaat je voet vanzelf meer naar binnen zakken (proneren) en dat zorgt dus vanzelf voor een toename van je instabiliteit.

Let hier ook goed op bij hardloopschoenen, die zijn erg gevoelig voor ‘inzakken’. 

Uiteraard is lichte demping bij bepaalde sporten wél belangrijk, maar een dagelijkse schoen heeft geen demping nodig. Je voet heeft zelf namelijk een ingebouwd dempend vermogen.

2. Soepele voorzijde schoenen

Je tenen zitten aan je voeten vast, om afrollen over je voet mogelijk te maken. Daarom MOET een schoen ook aan de voorkant (ter hoogte van het breedste deel van je voet) soepel zijn. Eigenlijk moet je de schoen met één hand aan de voorzijde dubbel kunnen vouwen. De enige schoenen waar dat niet voor geldt, zijn schaatsen en fietsschoenen. Simpelweg omdat je bij die sporten niet ‘afwikkelt’.

Tegenwoordig zie je ook veel hardloopschoenen met een ‘veersysteem’. Deze schoenen zijn heel stijf bij de voorvoet. Omdat deze schoenen de functie van je voet overnemen zijn ze eigenlijk alleen geschikt voor korte, snelle loopjes. Gebruik je ze veel, dan kan dat zorgen voor een stijvere voet (want: rust roest). 

3. Wreefsluiting

Simpel, in een instapper (schoen en laarsje), een slipper, of een veterschoen waar je de veters niet van strikt kan je voet alle kanten op zwabberen. Dit zorgt vanzelfsprekend voor instabiliteit en dat willen we niet. Dus een verstelbare wreefsluiting (die je ook gebruikt) is belangrijk. 

En, leuk weetje, bij lange afstanden gaan je veters losser zitten! Hierdoor kan je gaan schuiven in je schoen met klachten tot gevolg. Dus heb je klachten bij langere afstanden, strik dan indien mogelijk tussendoor je veters opnieuw. 

4. Hakhoogte van je schoen

Als wij als mens een ‘hoge hak’ nodig hadden gehad, dan hadden we die wel gehad. Voor een normale afwikkeling geldt: zorg voor een zo plat mogelijke hak. Dit geldt zeker voor je dagelijkse schoenen. Hiervan mag de hakhoogte maximaal 3 cm zijn, maar het liefst nog lager. 

Als je makkelijk last hebt van je kuiten of achillespees, zorg dan dat het verschil in hakhoogte tussen je gewone schoen en je sportschoen niet te groot is. 

5. Contrefort ofwel achterkant van je schoen

Een stevige achterkant van je schoen (contrefort = hielomsluiting) geeft nog extra balans en raad ik zeker aan als je voet erg instabiel is. De hielomsluiting mag je niet met 1 vinger in kunnen drukken. 

6. Pasvorm van je schoen

Kies een schoen die qua vorm bij je voet past. Dus let niet alleen op de lengte, maar ook op de breedte. Vooral bij je tenen heb je ruimte nodig. Zorg dat je tenen naast elkaar kunnen liggen en niet ‘ingedrukt’ worden. Alleen dan kunnen je tenen goed werken om je voet stabiel te houden. 

7. Loopzool schoen net zo breed als de schoen zelf

Met het oog op het huidige sneaker-tijdperk en onder het mom van ‘het oog wil ook wat’, worden er soms de meest creatieve constructies gemaakt van de loopzool van de schoen. De loopzool van de schoen moet net zo breed zijn als de schoen zelf. Dus geen hele smalle hak, maar ook geen hele brede hak of voorzijde.

Hoe beter de schoen de vorm en functie van een voet volgt, hoe beter je voet zijn natuurlijke functie kan uitvoeren.

Lees meer


Zoek een sportzorgprofessional